oorlogswinter
Mijn Fictiedossier
Gemaakt door:
Marit Velthuis
Klas: 3T3
Datum: 21-1-12
Docent: mv. Scholten
- Zakelijke gegevens
A De titel van het boek is Oorlogswinter.
B. De schrijver van het boek is Jan Terlouw.
C. De uitgever is: Lemniscaat, Rotterdam.
De eerste druk was in 1972 gemaakt.
Het boek heeft 255 bladzijden.
Het boek bestaat uit 17 hoofdstukken.
- Een samenvatting van het boek.
Michiel was een jongen uit het dorp de Vlank. Hij had een jongere broer, Jochem, en een oudere zus, Erica. Het dorp De Vlank, waarvan Michiels vader burgemeester was, lag aan de noordrand van de Veluwe, dicht bij Zwolle. Maar tussen de Vlank en Zwolle stroomde nog de IJssel, en dat was erg belangrijk.Michiel was 11 jaar toen het Duitse leger, op 10 mei 1940, op bevel van de grote alleenheerser Adolf Hitler Nederland en België binnenviel. Michiel had toen voor zichzelf besloten, dat de oorlog een heerlijke, opwindende gebeurtenis was en hij hoopte dat de oorlog nog lang zou duren.Maar die gedachte was snel weg. Na die 10de mei 1940 had de jonge Michiel begrepen dat zijn wens een domme wens was en dat de oorlog beter vandaag kon aflopen dan morgen.Vier jaar en vijf maanden duurde de oorlog nu al, Michiel was inmiddels 16 jaar geworden, en het was steeds erger geworden.
Op een morgen kwam hij Dirk Knopper, zijn buurjongen, tegen. Dirk vroeg of hij Michiel onder vier ogen kon spreken. Dirk wou dat hij Michiel kon vertrouwen, dus moest Michiel zweren dat hij er met niemand over zou praten. Dirk trok een ernstig gezicht en zei dat ze die avond met drie man het distributiekantoor in Lagezande gingen overvallen. Lagezande was een dorp op zes km afstand van de Vlank. Ook zei hij dat als er iets mis zou gaan bij de overval, dat hij een brief, die hij aan Michiel had gegeven, aan Bertus Hardhorend moest geven. Michiel moest de brief zorgvuldig bewaren. Hij legde de brief dus in een leeg leghokje, de vierde van rechts, onder een losse plank zodat niemand hem kon vinden. En voor de zekerheid schreef hij op zijn bed 4r.
Hij ging die avond naar buiten en tuurde naar het huis van de buren. Hij wilde net naar huis gaan, toen hij een auto hoorde aankomen. Hij drukte zich dicht tegen de muur aan. De auto reed niet snel, dat kon ook niet met de dunne streepjes licht die uit de verduisterde koplampen kwamen. Er werd hard aan de bel getrokken en tegen de deur aan getrapt, zodat Michiel het goed kon horen. Er was huiszoeking bij de familie Knopper. De vader van Michiel kwam naar buiten en vroeg wat hij daar in vredesnaam deed. Michiel legde het hele verhaal uit en hij moest op het puntje van zijn tong bijten om zijn vader niet te vertellen over het distributiekantoor in Lagezande en over het briefje dat hij had verstopt.
De volgende dag bleek dat Dirk en zijn mannen waren gesnapt en dat er één hen van was doodgeschoten. De brief zeurde de hele nacht door Michiels hoofd. Soms droomde hij, soms waakte hij, maar de brief was voortdurend in zijn gedachten. Hij dacht dat de brief Dirk zou kunnen redden.
De volgende dag ging hij op weg met zijn fiets naar Bertus Hardhorend. Maar daar kwam hij niet aan toe, want onderweg kwam hij Schafter tegen (een man van wie Michiel dacht dat hij iets te goed met de Duitsers overweg kon) en hij kon hem dus niet vertrouwen. Hij verzon een smoes die nogal veel tijd innam, waardoor hij niet meer op tijd bij Bertus Hardhorend kon zijn.
De volgende ochtend fietste Michiel naar Bertus Hardhorend, waar hij zonder enige tegenslag aankwam. Bertus was er niet. Zijn vrouw zei dat de Duitsers hem hadden meegenomen, terwijl hij niks gedaan had .Michiel fietste terug en ging onderweg tegen een boom aan zitten om alles op een rijtje te zetten. Hij dacht aan verraad. Schafter had misschien gemerkt dat hij die smoes verteld had. Of misschien had Dirk wel bekend. Als Dirk iets had gezegd over Bertus dan had hij waarschijnlijk ook iets gezegd over de brief. Hij dacht er over na om de brief te lezen. Hij besloot om de brief toch maar te lezen. Hij las de brief en maakte eruit op dat Dirk een Engelse piloot had gevonden en dat hij die in het Dagdaler bos verborgen had in een schuilplaats die hij voor de oorlog had gemaakt. Michiel kreeg de opdracht om de piloot zo goed mogelijk te verzorgen, en dat hij goed moest uitkijken dat hij niet gezien werd. Hij las de brief nog 3 maal en scheurde hij hem daarna in talloze kleine snippertjes. Hij fietste naar mevrouw van de Werf om daar voedsel voor de piloot te halen. Hij kocht voedsel en fietste naar het Dagdaler bos. Hij moest naar het noordoostelijk vak met kleine net aangeplante dennenboompjes. Eenmaal door de dennenboompjes zag hij de schuilplaats en de piloot. Het voedsel smaakte Jack (zo heette de Engelse piloot) goed. Zo gingen er een paar dagen voorbij, waarbij Michiel Jack elke dag van voedsel moest voorzien. Zijn zusje Erica was erbij betrokken geraakt doordat ze eenmaal in de week Jack van een nieuw verband om zijn schouder moest voorzien.
Op een nacht in november 1944 hebben de Duitsers het lijk van de Duitser gevonden. Om tien uur die ochtend, raasde een overvalwagen door de Vlank. Met gierende remmen kwam de auto tot stilstand voor het gemeentehuis. Ze hadden tien mensen gegijzeld waaronder de vader van Michiel. Er heerste een droevige stemming in het huis van Michiel. Hij wou iets doen, maar kon niet. Maar toch kon hij iets doen. Hij schreef een briefje naar de commandant waarin stond dat er een andere oorzaak mogelijk was toen de Duitser dood ging: bijvoorbeeld een vallende boom door het onweer van zes weken geleden. Als de dader zich niet binnen 24 uur zou melden werden de gijzelaars dood geschoten.
De volgende dag waren er vier van de tien gijzelaars doodgeschoten. Zijn vader was er gelukkig niet bij. Toen hij de volgende ochtend wakker werd, waren alle overgebleven gijzelaars vrijgelaten en zijn vader, de burgemeester, was alsnog doodgeschoten.
De kortste dag kwam, 21 december, kerstmis 1944. Erica had nu voor het eerst het gips van Jack zijn been durven halen, maar zijn schouder was nog niet helemaal genezen. Erica en Jack waren zoveel bij elkaar dat ze verliefd op elkaar waren geworden. Op een woensdagmiddag maakte Michiel zich klaar om naar Jack te gaan. Hij kwam aan bij het bos, liep door de dennenboompjes, en stond voor de ingang van de schuilplaats. Hij ging naar binnen en zag tot zijn grootste verbazing Dirk liggen. Dirk was ontsnapt aan de Duitsers die hem zolang gemarteld hadden dat hij bijna niet meer kon lopen. Hij moest op transport naar een kamp met een goederentrein. Hij was eruit gesprongen en op zijn laatste krachten hierheen gekomen. Maar het belangrijkste was dat hij niets verraden had. Nu wist hij zeker dat Schafter de verrader moest zijn. Hij had verschillende manieren geprobeerd om Schafter in een hinderlaag te lokken maar Schafter was hem te vlug af.
Dagen, weken gingen voorbij. Jack wou weg uit zijn schuilplaats. En dat gebeurde. Oom Ben zou hem helpen vluchten. Oom Ben was `s morgens naar de schuilplaats van Jack gegaan om Jack op te halen en hem zo veilig weg te smokkelen. Michiel lag nog in zijn bed en opeens schoot hem iets te binnen: toen Dirk en hij in het schuurtje stonden om de brief te verstoppen was oom Ben wanhoopshoutjes aan het hakken. Dus hij zou het gesprek gehoord kunnen hebben. Oom Ben moest de verrader zijn.
Michiel fietste snel naar de schuilplaats. Jack, oom Ben en Erica waren nog in de schuilplaats. Michiel ging naar binnen en vroeg Jack om zijn geweer. Hij richtte het geweer op oom Ben en zei dat oom Ben een verrader was. Ze zochten zijn zakken door en het bewijs lag er. Ze besloten oom Ben aan de ondergrondse over te leveren. En dat gebeurde de volgende morgen. Oom Ben liep met Michiel die het pistool in z’n nek duwde richting het dorp. Op de hoofdweg aangekomen ontmoetten ze meneer Postma die bij de ondergrondse zat en Dirk heel goed kende. Meneer Postma ging samen Michiel met oom Ben de reis hervatten. Op de hoofdweg stonden 5 munitie wagens. Opeens hoorden ze een Spitfire (jachtvliegtuig) aankomen. Ze doken snel ieder in een eenmansgat en zagen dat de Spitfire weg ging maar later toch nog terugkwam. Michiel was zo afgeleid door die Spitfire dat oom Ben zijn kans greep en er van door ging.
Maar op dat moment bombardeerde de Spitfire de munitie wagens waar oom Ben net omheen liep en oom Ben kwam om het leven. Michiel zei dat hij opgelucht was: opgeruimd staat netjes!Twee dagen later trokken vijf vooruitgeschoven Engelse tanks het dorp binnen. De familie van Beusekom zat net aan de lunch. Moeder zag de tanks het eerst. Ze sprong overeind en harder dan de kinderen ooit van haar hadden gehoord, gilde ze: de bevrijders! Uit alle huizen kwamen mensen naar buiten, die dansten en zongen zoveel als ze maar wilden.
Die dag nog zocht Michiel Schafter op om hem zijn verontschuldigingen aan te bieden. Schafter legde uit dat hij er helemaal niks mee te maken had en dat hij zelf ook Joden in huis had.
Het is enkele maanden later. Op een avond maken Michiel en Dirk een wandelingetje door het dorp. Het gaat langzaam, Dirk’s rechtervoet zit in het gips. In het ziekenhuis zijn zijn tenen opnieuw gebroken en rechtgezet, deze keer onder narcose. Er is goede hoop dat hij over een jaar weer goed kan lopen. Ze lopen verder en Michiel zegt dat wat hij vroeger dacht over de oorlog helemaal niet klopt, hij zou nooit meer in een oorlog vechten alleen nog tegen de oorlog.
Personages
De hoofdpersonen:
Michiel van Beusekom: is 12 jaar oud als de oorlog begint. De burgemeester van De Vlank is zijn vader. Michiel is heel behulpzaam vooral voor voorbijtrekkende mensen, waar hij van alles voor repareert. Hij is erg voorzichtig en pakt alles secuur aan, maar toch ook onvoorzichtig omdat hij toch een paar steekjes laat vallen. In het begin van de oorlog vond hij de oorlog een groot avontuur, waarin hij zich zelf helemaal uit kon leven. Toch veranderde zijn gedachte al gauw, want na enkele weken vond hij dat de oorlog beter vandaag kon eindigen dan morgen. Hij wordt van een onnozel jongetje een echte verzetsstrijder, een echte man. Het gezin van Beusekom is een normaal gezin waarbij iedereen elkaar goed kan waarderen.
· Dirk Knopper: de buurjongen van Michiel en ook goede vriend. Hij was iets ouder dan Michiel. Hij is een doorzetter, hij gaat tot het einde, tot de dood erop volgt. Hij is een echte eenzame strijder. Hij vertelt niemand iets van zijn plannen. Lang niet iedereen kan je vertrouwen. Dirk verandert weinig in het verhaal, hij blijft vanaf het begin een man die voor zijn land vecht.
· Ben van Hierden: (ook wel oom Ben genoemd) Hij is eigenlijk geen echte oom van de familie, maar ze noemden hem zo omdat hij vaak bij de van Beusekoms over de vloer kwam. Hij is ongeveer een jaar of dertig. Een man die zich achter af gezien tegen de van Beusekoms iets te goed gedraagt. Hij heeft een geniepig karakter: hij lijkt op het eerste gezicht goed te vertrouwen omdat hij zegt dat hij al 4 jaar in het verzet zit maar heeft voortdurend gelogen. De man is voor de Duitsers. Hij wil elke verzetsstrijder aangeven bij de Duitsers. In het begin van de oorlog is hij een trouwe gast bij de van Beusekoms, maar aan het einde van de oorlog houdt hij zich steeds meer bezig met het verraden van verschillende personen, waardoor hij een landverrader wordt. Wat hij dus de hele tijd al was.
· Erica van Beusekom: een oudere zus van Michiel. Zij is ongeveer 3 jaar ouder dan Michiel. In het begin van de oorlog is ze nog niet bij het verzet betrokken. In de loop van het verhaal heeft Michiel haar nodig vanwege haar EHBO opleiding en wordt ze in het complot betrokken. Ze is heel zacht van karakter en heeft een goed hart. Vooral voor de gewonde piloot. Ze kan goed opschieten met haar broer en haar ouders waar ze een hechte band mee heeft. Ze verandert in het verhaal van een onnozel schoolmeisje naar een geliefde verpleegster.
· Jack: Engelse piloot van ongeveer een jaar of twintig die eerst door Dirk Knopper, later door Michiel, schuil gehouden wordt in een ondergronds hol in het Dagdaler bos. Jack heeft een gebroken been en een schotwond in zijn schouder. Hij probeert een woordje Nederlands te leren. Eerst wilde hij zich blijven schuilhouden tot het eind van de oorlog, maar toen hij eenmaal hersteld was, wilde hij zo snel mogelijk weer terug. Hij liet zich gewillig door Erica verzorgen en bouwt met haar later een relatie op.
Bijpersonen:
Vader van Beusekom: burgemeester van het dorpje de Vlank, aan de Noordrand van de Veluwe, dichtbij Zwolle. Hij heeft de eigenschap altijd rustig te blijven en de zaken zo goed mogelijk op te lossen. Hij is het hoofd van het gezin en probeerde Michiel van het verzet af te houden. Hij is zeer geliefd bij het volk, daardoor kon Michiel overal zomaar eten krijgen als hij dat wou.
· Moeder van Beusekom: moeder weet dat Michiel zich bezighoud met verzetswerk, laat dat ook aan Michiel merken, maar in haar hart vindt ze, nadat haar man dood was gegaan, dat hij de leiding over het gezin moest nemen. Ze vertrouwt op Michiel, bij alles wat hij doet in het verzet. Ze is zijn steun en toeverlaat zonder dat ze ook maar iets van de plannen van Michiel afweet. Ze is te alle tijde gastvrij. Als er `s avonds tegen achten trekkers aan de deur komen geeft ze hun een warm bed, en goed te eten.
· Jochem van Beusekom: het broertje van Michiel ongeveer een jaar of 6. Hij is een ondernemend jongetje dat begint te huilen als iets hem niet naar zijn zin is.
· Meneer van Wiligenburg: directeur van het distributiekantoor in Lagezande (Dorpje op 6 km afstand van De Vlank)
· Schafter: omdat hij zich bezig houdt met de Duitsers wantrouwt Michiel hem. Na de oorlog blijkt hij 3 Joden in huis te hebben gehad. Michiel heeft later zijn verontschuldigingen aangeboden. Schafter is een man met een goed karakter, kon goed omgaan met andere mensen en heeft veel contacten in de ondergrondse.
· Meneer Kleerkoper: ontsnapte, Joodse gevangene van de Duitsers. Hij wordt gevangen genomen bij een huiszoeking (razzia) in Rotterdam. Hij heeft een goed karakter, net als z`n zoon.
· David Kleerkoper: zoon van meneer Kleerkoper
· Barones Weddik Wansfeld: ongeveer 63 jaar oud. Zij wil haar leven geven voor het vaderland. Ze houdt in het geheel niet van Duitsers. De Duitsers willen haar arresteren omdat ze haar verdenken van medeplichtigheid aan de ontsnapping van meneer Kleerkoper en zijn zoon over de IJssel. Omdat ze niet wil meewerken, schiet het Duitse leger met een tank haar villa kapot, waarbij ze overleed.
· Willem Stomp: kameraad van Dirk Knopper. Hij helpt mee aan de overval op het distributiekantoor in Lagezande.
· Gert Verkoren: hij is ook een kameraad van Dirk Knopper, hij is de derde man bij de overval op het distributiekantoor in Lagezande.
· Rinus de Raat: de zoon van de Schoenmaker. In het begin van de oorlog is hij naar Engeland gegaan. Hij is daar piloot geworden op een Spitfire (=een jachtvliegtuig). De mensen zeggen als er een vliegtuig over komt vliegen: Het zal Rinus de Raat wel zijn!
Maken personen een ontwikkeling door in het verhaal?
Antwoord: Ja, Michiel verandert van een stille jongen in een echte verzetstrijder en wordt nog veel volwassener. Ook verandert oom Ben van een aardig persoon in verrader maar dit is niet een echte verandering maar wel vanuit de ogen van de fam. van Beusekom. Erica komt terecht in het verzet terwijl ze eigenlijk een gewoon normaal rustig meisje was.
Jack↓
←Michiel
Waar spelen de gebeurtenissen zich af?
Het speelt zich af in het dorpje Vlank, dat dichtbij Zwolle ligt. Het ligt aan de IJssel en dit speelt een belangrijke rol in het verhaal omdat er veel mensen naar het noorden moeten om er eten te halen voor hun gezin.
Het speelt zich af in de Tweede Wereldoorlog. Het verhaal begint aan het begin van de hongerwinter 1944/1945 en dus rond oktober of november tot aan ongeveer het einde van de oorlog (rond mei dus). Helemaal aan het einde van het boek wordt nog verteld over Michiel die dan 43 is. Dus dat zou betekenen dat de vertelde tijd ongeveer 28 jaar zou zijn. Dit laatste stukje is eigenlijk een soort afsluiting dus de vertelde tijd is ongeveer 10 maanden maar met het laatste stukje erbij is het dus 28 jaar. Op het einde zijn er verschillende flashbacks. Michiel en Dirk kijken terug op de oorlog.
Biologie Jan Terlouw
Jan Terlouw werd op 15 november 1931 in Kamperveen, in Overijssel geboren. Zijn vader was dominee. Het gezin verhuisde vaak. Zo woonde hij in de Veluwse dorpen Garderen, Wezep en Otterlo. In Wezep maakt hij de laatste oorlogsjaren mee - verschillende van zijn ervaringen van toen zijn terug te vinden in het boek Oorlogswinter.
In 1948 gaat hij in Utrecht wiskunde en natuurkunde studeren. Daarna verrichtte hij gedurende dertien jaar natuurkundig onderzoek in Nederland, de Verenigde Staten en Zweden en promoveerde hij op een onderwerp uit de kernfusie. Het onderzoek stelde zich ten doel een vreedzame toepassing te vinden voor de energie van de waterstofbom.
Jan Terlouw trouwde met Alexandra van Hulst en ze kregen drie dochters en een zoon. Omdat hij aan zijn kinderen altijd van die prachtige verhalen vertelde moedigde zijn vrouw hem aan om die verhalen te publiceren.
In 1966 verliet hij het natuurkundig onderzoek, omdat hij werd gekozen als lid voor de Tweede Kamer voor D'66. Zijn speciale belangstelling voor het parlement ging uit naar Milieubeheer en Economische Zaken (bedrijfsvestigingen, energiebeleid e.d.). In het boek Koning van Katoren (bekroond met een Gouden Griffel) en ook in andere van zijn boeken komen de politieke ideeën van Terlouws partij D'66 heel sterk naar voren. Jan Terlouw wil in zijn boeken graag een bepaalde maatschappelijke problematiek aan de orde stellen. Oosterschelde windkracht 10 geeft een duidelijk beeld van de argumenten voor en tegen de volledige afsluiting van de Oosterschelde. Tijdens de ambtsperiode van Jan Terlouw als minister van Economische zaken was hij nauw betrokken bij deze besluitvorming.
Na zijn ministerschap verliet hij de politiek en werd hij in Parijs secretaris-generaal van de C.E.M.T., de commissie van Europese Transportministers. In 1991 werd hij benoemd tot Commissaris van de Koningin in Gelderland. Sinds eind 1996 is hij met pensioen.
Het is niet gemakkelijk hobby's van Jan Terlouw te noemen. Hij heeft namelijk een ware hartstocht voor het ondernemen van dingen die hij nooit eerder heeft gedaan, uitgezonderd dingen verzamelen. Zijn hobby's volgen elkaar dan ook in snelle vaart op.
Over het boek
A Welke illustratie staat er op de voorkant van het boek? Leg duidelijk uit wat deze illustratie met het boek te maken heeft.
Antwoord: De illustratie op de voorkant heeft het volgende te maken met het boek: je ziet een jongen op de fiets. Het is Michiel. Hij fiets lang een groep marcherende soldaten. In de lucht zie je een vliegtuig dat op het punt staat neer te storten( het vliegtuig van Jack.
B Is het boek aan iemand opgedragen? Probeer erachter te komen wie het zijn en wat ze met de schrijver te maken hebben.
Antwoord: Nee, het boek is aan niemand opgedragen.
C. Beschrijf de plaatsen die voorkomen in het boek. Verklaar waarom de schrijver hiervoor gekozen heeft en wat ze met het verhaal te maken hebben.
Antwoord: Het verhaal speelt zich af in de Vlank, hier woont de familie van
Beusekom, er komen veel mensen omdat er veel mensen naar het noorden gingen voor voedsel.
Langezande: dit plaatsje ligt 6 kilometer van de Vlank, hier vindt de overval op het distributiekantoor plaats.
Het dagdaler bos: hier wordt de piloot Jack verstopt. Later komt Dirk hier ook bij.
D. Vanuit welk perspectief is het verhaal geschreven. Leg uit.
Antwoord: het verhaal is in een hij perspectief geschreven want je komt niet achter de ideeën, gedachtes en gevoelens van de andere personen tenzij dit via Michiel gebeurd.
E. Heeft het verhaal een open of gesloten einde. Leg dit ook uit.
Antwoord: Het verhaal heeft een gesloten einde want de oorlog is afgelopen.
Leeservaringen.
Onderwerp
Het onderwerp van dit boek spreekt me erg aan, ik had zelf nog nooit een boek over de oorlog gelezen. Maar ik vind het heel leuk, dit komt door de spannende momenten in het boek. Doordat ik nog nooit dit soort boeken had gelezen heeft het boek nieuwe kanten van het onderwerp laten zien. Verder ben ik door het verhaal aan het denken gezet, hoe hebben de mensen de oorlog overleeft met al die hongersnood. Ik had een klein stukje van de film gezien maar van het boek is veel meer uitgekomen dan dat ik had verwacht. Ik ben wel anders gaan denken maar over een ding ben ik hetzelfde overblijven denken en dat is Hitler. Waarom heeft hij de joden dit aan gedaan? Het onderwerp wordt goed en grondig uitgewerkt, het blijft namelijk het hele boek leuk en als je eenmaal bent begonnen met lezen wil je niet stoppen. Het onderwerp is wel verassend uitgewerkt want ik had niet verwacht dat oom Ben de verader zou zijn. Ik had voor het boek nog geen ander boek gelezen over oorlog, maar dit boek vind ik leuk. Ik had altijd een vooroordeel ik dacht namelijk dat dit soort boeken voor jongens waren.
Gebeurtenissen.
Dit boek bevat heel veel gebeurtenissen het blijft me dan ook boeien. Er zijn momenten in het boek dat het even stil valt, maar dat is juist leuk en spannend. Dit verhaal gaat vooral om de gebeurtenissen maar de gevoelens gaan hier mooi in mee. De gebeurtenissen in dit boek hebben indruk op me gemaakt vooral dat die gijzelaars worden vermoord omdat er een duitse soldaat met een hoofdwond dood aan is getroffen in het Dagdalerbos. De gebeurtenissen zijn erg geloofwaardig want dat is in die tijd echt gebeurt. De gebeurtenissen zijn niet herkenbaar want ik heb de oorlog zelf niet meegemaakt. De gebeurtenissen die in dit boek plaatsvinden zijn verassend want wie verwacht nou dat iemand die je goed kent een verader is. Ik heb zelf nooit zoiets meegemaakt als wat in dit boek gebeurt want toen was ik er nog niet. In dit boek staat maar een gebeurtenis die ik wel mee zou willen maken en dat is de dag van bevrijding.
Personages.
Ik leef erg met de hoofdpersoon mee, hij gaat dan ook voor mij leven. Ik denk dat het komt door de gebeurtenissen die hij allemaal meemaakt. Ik kan me dan ook goed verplaatsen in de problemen en gedachten van de hoofdpersoon. De hoofdpersoon is iemand op wie ik wel zou willen lijken want hij weet zich goed staande te houden. Ik vind de ideeën en gedachten van de verhaalpersonen niet altijd zoals het hoort. Schafter die doet namelijk alsof hij bij het ondergrondse zit. Verder vind ik ook dat oom Ben zich raar gedraagt want hij doet zich heel goed voor maar ondertussen blijkt hij de duitsers te helpen. Michiel heeft me wel beïnvloed door zijn gedrag. Je komt voldoende over de personages te weten om hun gedrag te kunnen begrijpen. De personages veranderen wel door wat ze meemaken en dat is echt begrijpelijk. Ik vind alleen de beslissing van de baron wel onbegrijpelijk want als ze iets beter mee had gewerkt was haar huis niet verwoest geweest en had ze misschien minder straf gekregen.
Bouw
De gebeurtenissen in dit boek volgen elkaar logisch op, het verhaal is erg spannend opgebouwd. Het gene wat het zo spannend maakt zijn de gebeurtenissen in dit boek. Het verhaal heeft geen ingewikkelde opbouw, dit komt doordat je de gedachten en gevoelens van de personen goed kunt volgen. Er zitten meerdere verhaallijnen in dit boek zo heb je onder andere de verhaallijn van Dirk en Michiel, maar deze verhaallijnen zijn goed aan elkaar verbonden. Het verhaal bevat geen tijdsprongen maar wel terugblikken zoals wat Michiel over iemand zegt, maar dat maakt het verhaal wel interessanter. Het verhaal heeft een slot dat goed bij de gebeurtenissen past. Ik vind het dan ook een plezierig slot, je krijgt te weten hoe het na dertig jaar met Dirk en Michiel gaat.
Taalgebruik
Ik vindt het boek eenvoudig om te lezen, het taalgebruik heeft hier mee te maken. De zinnen zijn makkelijk te lezen en het verhaal bevat weinig moeilijke woorden. Het verhaal bevat weinig beschrijvingen maar dat heeft geen gevolgen voor de leesbaarheid en het verhaaltempo. In het verhaal zitten wel een aantal dialogen maar dat vind ik niet erg want het is wel spannend of Schafter hem door heeft wanneer Michiel tegen hem liegt.
Verwerkingsopdracht.
A – avond – je mocht na achten niet meer op straat lopen.
B – besluit - Michiel moest een besluit nemen of hij de brief zou lezen.
C – chaos – het was een chaos in Nederland.
D – distributiekantoor – Dirk ging het distributiekantoor overvallen.
E – egoïstisch – Duitser waren egoïstisch.
F – feestdag – toen Nederland bevrijd was, was het een feestdag.
G – gevaarlijk – Joden helpen was gevaarlijk.
H – hulpmiddel – Michiel had een hulpmiddel nodig om de familie Kleerkoper over het water te brengen
I – – irritatie - mensen irriteerde zich aan de Duitsers.
J – joden – Michiels moeder had Joden geholpen.
K – kogel – Jack had een kogel in zijn schouder.
L – lijden – veel mensen lijden.
M – militair – Jack was een militair.
N – NSB – in de oorlog waren er NSB’ers (overlopers)
O – oorlog – het was oorlog.
P – pijnlijk – het been van Jack was heel erg pijnlijk.
R – raadsel – het was een raadsel wie Dirk verraden had.
S – stiekem – Michiel moest stiekem dingen doen.
T – toevertrouwen – mensen moesten elkaar toevertrouwen.
U – uitvoeren – Michiel moest wat op de brief stond uitvoeren.
V – verliefd – Jack en Erica werden verliefd op elkaar
W – winter – er was een Hongerwinter aan het eind van de oorlog.
Z – zwijgen – mensen zwegen omdat ze Joden in huis hadden.
Maak jouw eigen website met JouwWeb